SAMENVATTING

6.1 Symbolen

Symbolen worden in kennissystemen gebruikt om kennis te representeren. Uitgangspunten daarbij zijn dat systemen die intelligent gedrag vertonen, ontwikkeld kunnen worden als gebruik gemaakt wordt van symbolen, en dat in ieder intelligent systeem symbolen voorkomen om kennis mee te representeren.
Symbolen kunnen worden gelezen, herkend, veranderd en geschreven door een waarnemer. Een waarnemer kan een menselijke persoon zijn of een systeem. Aan symbolen moeten betekenissen worden toegekend. Dat gebeurt door iemand buiten het systeem, binnen het kader van een ruimere omgeving dan het systeem zelf. Symbolen representeren vaak objecten uit de ‘werkelijke wereld’. Symbolen dienen zowel voor het vastleggen en weergeven van ‘kale’ informatie als voor het representeren van kennis, gezien vanuit verschillende perspectieven.