UITWERKINGEN

9.1 Basiszoekconcepten

Uitwerking 9.1.1

a – Je kijkt naar de eerste letter van een willekeurige naam ergens in de lijst die bij de stad hoort (vaak neem je de naam bovenaan de kolom, maar dat is feitelijk een willekeurige naam in de gehele lijst). Door de alfabetische ordening van de namen weet je of je naar voren of naar achteren moet zoeken. In de betreffende richting kijk je opnieuw naar een willekeurige naam, totdat de naam voor wat betreft de eerste letters overeenkomt met de naam waar je naar op zoek bent. Vervolgens loop je één voor één de namen naar voren of achteren langs, todat je de naam hebt gevonden die je zoekt. Het telefoonnummer staat er dan voor.

b – De symboolstructuur van de oplossing is het betreffende stukje uit het telefoonboek met telefoonnummer, naam, voorletters, postcode en adres. De laatste kun je nodig hebben om het goede telefoonnummer te vinden als er meerdere personen met dezelfde achternaam in de stad wonen.

c – Blind zoeken naar een telefoonnummer in een telefoonboek betekent steeds op een willekeurige plek kijken of daar de naam staat van de gezochte persoon. Zodra die gevonden is, kan het telefoonnummer worden afgelezen. Duidelijk is dat dit een volstrekt onzinnige methode is.

> Opgave 9.1.1

Uitwerking 9.1.2

Een computer kan evenmin als een mens een goede diagnose vinden door het uitvoeren van berekeningen. Een diagnose wordt typisch gedaan door het zoeken naar de beste oplossing in de oplossingsruimte van alle mogelijke verklaringen voor de waargenomen symptomen. Dat wordt vaak gedaan door eerst alle plausibele verklaringen te genereren en daarna daaruit de meest waarschijnlijke te selecteren.

> Opgave 9.1.2

Uitwerking 9.1.3

Bij een lineaire organisatie van gegevens is er een lange lijst die op een bepaalde wijze volgens één kenmerk is geordend (bijvoorbeeld alfabetische of numeriek). Bij een hiërarchische organisatie worden de gegevens in groepen gescheiden die daarna weer onderverdeeld (kunnen) worden. Een goede scheiding in groepen versnelt het zoekproces aanmerkelijk.

> Opgave 9.1.3

Uitwerking 9.1.4

De organisatie van de gegevens in figuur 2.4 representeert de functionele structuur van de auto en maakt het mogelijk snellere zoekalgoritmen te maken. Met de organisatie van de gegevens zoals in figuur 2.6 kan het mogelijk zijn dat de gehele boom moet worden doorzocht, voordat de juiste diagnose is gevonden. Met de organisatie zoals in figuur 2.6 kan waarschijnlijk een pad gevolgd worden dat direct naar de goede diagnose leidt.

> Opgave 9.1.4